hier? Langer dan een halve
seconde heeft het niet
geduurd en het had er ook
mee te maken dat ik bang was
om ingesloten te raken, maar
het is typerend voor wie ik
ben, ja. Ik twijfel nogal snel
aan mezelf. Dat zit nu eenmaal
in mijn karakter.‘
Aan een mental coach heeft
hij al gedacht, zeker als hij
ziet welke resultaten Wout
van Aert onder meer dankzij
de mentale ondersteuning
behaalt. Maar vooralsnog
houdt hij het bij puur licha-
melijke training. ‘Als ik het
echt nodig denk te hebben,
zal ik er zeker een beroep op
doen. Nu nog niet.’
***
Hoe het voor Merlier allemaal
begon, mag zijn moeder Heidi
vertellen. Al bijna dertig jaar
houdt ze café op het Sint-
Arnolduspleintje bij de kerk
van Wortegem-Petegem. Op
de radio speelt een liedje van
Fleetwood Mac. Heidi is met
haar iPad in de weer: ze wil
een kleinere wedstrijd volgen
van haar jongste zoon Braam.
Het café is leeg, de laatste res-
ten van de dagschotel zijn net
opgeruimd.
‘Als klein ventje was Tim
altijd in den hof aan het fiet-
sen’, vertelt ze. ‘Een echte
acrobaat, hij was voortdurend
aan het draaien en keren. Hij
was nog maar zestien maanden
of hij reed al op een fietsje
zonder zijwielen. Eerst is hij
gaan voetballen, bij Sparta
Petegem hier achter de kerk,
maar op zijn tiende kwam hij
ineens naar mij: “Ma, ik moet
iets zeggen. Ik wil beginnen te
koersen.” Ik heb hem geant-
woord dat hij moest wachten
tot na zijn plechtige commu-
nie, om te zien of het geen
bevlieging was. Niets van, hij
bleef er maar over bezig. Voor
zijn twaalfde verjaardag heb ik
hem een fiets en een helm
gekocht, en hop, hij was ver-
trokken.’
***
De dag van het Belgisch kam-
pioenschap, 30 juni 2019, is
een kantelpunt in Merliers
leven en carrière. Sindsdien
wordt hij op training herkend
door wielertoeristen en wil
iedereen met hem op de foto.
Daarvoor kenden enkel wie-
lerliefhebbers zijn naam, was
hij een tijdje zelfs geen prof
meer. ‘Ik heb dit jaar lang in
de shit gezeten, ja.’
In het veld won hij net
zoals de voorbije winters geen
enkele wedstrijd. Zijn ploeg
Creafin-Tüv Süd was bij de
wielerbond enkel ingeschre-
ven als veldritteam en mocht
niet aan wegwedstrijden deel-
nemen. Merlier bleef hard
trainen en reed vijf kermis-
koersen als onafhankelijk
renner. In een zwarte trui die
hij zelf had gekocht.
‘De eerste keer was er bijna
niemand die me had herkend,
maar in de volgende wedstrij-
den begonnen de vragen te
komen: wat is er aan de hand?
Zit je zonder ploeg misschien?
Flink vervelend vond ik dat.
Mijn doel was om in die zwarte
trui een koers te winnen, uit
revanche, maar dat is me niet
gelukt. In Ruddervoorde
Koerse werd ik tweede.’
Via Thomas De Gendt, met
wie hij af en toe langs de
Schelde rijdt, werd Merlier
getipt bij Lotto-Soudal. Kenne-
lijk namen die zelfs niet de
moeite hem even te bellen.
Alleen Corendon-Circus van
de broers Philip en Christoph
Roodhooft toonde concrete
interesse. ‘Het best bewaarde
geheim van België’, noemden
ze hem.
In de Baloise Belgium Tour
toonde Merlier meteen
waarom: hij werd tweede in de
eerste etappe en derde in de
tweede. Een week later won
hij de Elfstedenronde in
Brugge, nog eens een week
later het BK in Gent. Aan zijn
zwarte trui voegde hij zo twee
kleuren toe.
Van een intrede gesproken.
‘Sinds begin dit jaar train ik
specifiek op mijn sprint. Ik
volg al enkele maanden een
speciaal krachtprogramma om
mijn buik- en rugspieren te
versterken, die in vergelijking
met mijn onderstel wat
minder ontwikkeld zijn. Ik
voel duidelijk het verschil: ik
ben explosiever en begin
frisser aan de laatste tien, vijf-
tien kilometer.’
Pas enkele dagen voor ons
gesprek bekeek Merlier zijn
kampioenensprint opnieuw.
Hij bespeurde vooral kleine
fouten, reed aan de Gentse
Watersportbaan naar eigen
zeggen een verre van perfecte
sprint.
‘Op het moment dat ik uit
het pak kwam, voelde ik dat
ik een grote kans maakte op
de overwinning. Ineens sloeg
de twijfel toe: fuck, wat is dat
84 31 JULI 2019 — WWW.KNACK.BE
‘Als klein ventje was Tim
altijd in den hof aan het fietsen.
Een echte acrobaat,
hij was voortdurend aan
het draaien en keren.’
Moeder Heidi