met sal manassen achterom kijken

(arcana studio) #1

In vrijwel elk gezin werd rundvlees in rundvet gebraden en varkensvlees in smout (reuzel). Bij sommige men-
sen, bij wie het er goed aan zat, werd voor een fijnere smaak daar een klont boter bij gedaan. Onnodig te zeggen
dat Moeder vet smelten uit-de -kunst verstond, zodat de goed gesitueerde klanten dit maar al te graag aan haar
overlieten. Ze wist op een prik welke melange elke klant verlangde, hard vet alleen of gemengd met eigen of
aangewassen vet, of nog weer met kalfsvet enz. zoveel klanten, zoveel zinnen. De voorkeur naar gemengde soorten
bestond omdat deze minder snel op het bord stolden, zeker als nog roomboter werd toegevoegd.
Arbeiders kochten liever "hard" vet. Hiervan bleven na het smelten minder kaantjes over, wat dus voordeliger
was. Vrijwel elk huishouden in Tiel en omgeving had een vetvoorraad. Voor de moderne huisvrouw niet te geloven,
dat mensen 25 of 50 of zelfs 100 pond vet in huis hadden.
Vet smelten ging zo toe. Eerst zeer fijn snijden met mes of door de gehaktmolen malen. In de winter een heidens
zwaar werk. In grote pannen of soms wasketels werd op groot vuur onder voortdurend roeren het vet tot smelten
gebracht. Dan ging het fiks borrelend koken totdat al het vocht was verdampt. Dan was het vet bijna "gaar". Stond
het oppervlak dan stil omdat er geen luchtbellen meer kwamen dan ging het meteen van het vuur. De kunst was
dat de kanen goudbruin waren, waar een geoefend oog voor nodig was. Werd te lang gewacht, dan verbrandde het
vet wat een bittere smaak gaf.
Vervolgens werd het vet door een vergiet met een flinke doek erin in de grote en kleinere potten gezeefd.
Tenslotte werd door twee mensen de doek met kanen flink stevig uitgewrongen opdat geen druppel vet achterbleef.
Moeder gebruikte ook metalen bakken om vet in te scheppen welke hard geworden omgestulpt werden. Dat was
makkelijk bij voorraadvorming. Nog later kwamen de papieren zakjes van 250 en 500 gram het makkelijk maken,
terwijl een kanenpers het zeven vereenvoudigde.
Het grote keukenfornuis leverde elke dag eveneens de grote hoeveelheid heet water voor het dagelijkse schrob-
ben van vloeren en banken in de winkel. Met groene zeep en/of soda werd elke middag grondig alles gereinigd.
Schoon, goed schoon..., wee degene die daar een loopje mee nam, dan zwaaide er wat. Moeder keek nauwlettend
toe, was het niet schoon genoeg naar haar zin,... "aan de achterkant wonen ook mensen", moest zonder pardon
het hele werk worden overgedaan,... bij zo'n strenge meesteres hoefde dit zelden. De goede naam van de zaak hing
er vanaf en wat dat betreft verdiende Moeder een 10! Even zelden mocht een van de jonge knechts erbij helpen,
wat dacht je..., dat zou maar stoeien worden en wat zouden de mensen er wel van zeggen. Bij grote haast was dit
slechts toegestaan aan de kalme oudste, getrouwde, bediende.
De beschikking over een potige "dienstbode voor dag en nacht" was geen overbodige zaak bij zoveel werk.
Pronkjuwelen waren al deze meisjes die Moeder in de loop der jaren hebben gediend. Ze bleven jaren! Tot ze
trouwden. Jaren daarna kwamen ze hun kroost tonen wanneer ze in de stad waren. De "juffrouw" (wat later
"mevrouw" werd) moest toch eens komen kijken hoe netjes ze erbij zaten. Het pronkstuk is ongetwijfeld Anna
Kuipers uit Dreumel geweest, die het record van "blijven" sloeg door 11 jaar aan een stuk Moeder en het gezin te
dienen. Kort na mijn oudste zus trouwde zij ook en het heeft moeite gekost een goede vervangster te vinden voor
de diep gemiste Anna en Moeder was toen ook niet meer de jongste. Wat we met die Anna hebben afgelachen...
Niet te geloven!

Free download pdf