gez... te worden", vlucht de kamer uit en kwakt de deur met een slag dicht. "Heb ik um dat effetjes fijn geflikt?",
mompelt De Bruin lachend voor zich heen, stapt in het reeds "voorverwarmde" bed, schatert onder de dekens
nogmaals, draait zich om en slaapt in een mum van tijd als een roos. Aan het telkens rond de mond spelen van
een lachje is te zien hoe hij de scène nogmaals beleeft in zijn dromen.
Over hoe en waar de andere man geslapen heeft hoort hij niets en op de vraag van de kastelein hoe hij geslapen
heeft antwoordt hij volmondig "vorstelijk" en laat het ruime –ook al gratis- ontbijt om zes uur zich even vorstelijk
smaken en zegt bij het weggaan nog "'t kon niet beter!"
Café De Louw -Hotel Suisse-, precies om de hoek van de Korenbeurs was een gezochte zaak voor de zich "wat
meer" voelende boeren. Weduwe De Louw en vooral de drie dochters waren evenzeer trekpleisters. Met de kermis
was het daar steeds overvol op Beste Maandag.
Gert de Blank -"dubbel blank"- kelnerde er op maandag en op andere drukke tijden. Die bijnaam kwam door zijn
grote, zeer forse gestalte. Hij was beslist geen onknappe man met een jolige kuif krullend haar. Wat je hem voor-
zette aan eten en drinken verdween in een mum van tijd in zijn grote vette buik. Hij was dorstig zoals hij ook
vraatzuchtig was. Ongelooflijk wat die man aankon. Zijn vak was kleermaker, pompeur voor de toen net opko-
mende confectiewinkels. Het café was echter meer zijn thuis of om te werken of om te sjikkeren, als hij niet in