met sal manassen achterom kijken

(arcana studio) #1

DE KOOPMAN


Nu de naam van Leendert Adriaan Coopman toch is gevallen zal ik iets meer over deze schilderachtige figuur
vertellen. In alle dingen was hij een ware tegenhanger van Vader. Zo bescheiden als Vader was zo'n dikdoener
was die Coopman.
Hij had beter de toepasselijke naam van Pochmans kunnen hebben. Vader hield er niet van zijn verdiensten op
handelsgebied breeduit te etaleren. Had ik dus weer zo'n fantastisch verhaal over goedkope slachtdieren gehoord
en aan hem verteld dan kwam het fijntjes uit zijn mond: "Jungske, ge mot alles niet geloven, een boel mensen zijn
geneigd de prijzen uit de handelsloterij luidkeels van de daken te roepen, maar van de vele nieten hoor je nooit
iets."
En zo was het. Vader had gelijk. Dikdoeners hadden geen stuiver terwijl hij er voor die tijd best mocht wezen
met twee slagerijen in de stad, een flinke boomgaard met weiland in Echteld en nog zo het een en ander.
Leendert Coopman had zijn slagerij aan het einde van de Kerkstraat. In een klein huis, waar behalve ruimte
voor de winkel ook plaats moest zijn voor het gezin van vier kinderen, een oude schoonmoeder en nog een kost-
ganger. Zijn vrouw Roos was een flink wijf die naast het huishouden vaak ook nog de winkel moest doen als Leen
voor veehandel van huis was. Dat huis in dit verkrotte deel van de stad is afgebroken en als je nu bedenkt hoe in
dat huissie gewinkeld, geslacht en gewoond werd, gaat het je pet te boven. Toch was aan hun levensstijl niet te
zien dat ze het feitelijk helemaal niet breed hadden. Volgens de verhalen van Leen kwam het geld met bergen
binnen.
Leen liep ook niet. Hij "schreed" en leek met zijn volle ronde baard zo uit een bijbelse voorstelling te zijn gelopen.
Zo sprak hij ook. Tenzij hem de gal overliep, dan hoorde je heel wat anders. En dat gebeurde nogal eens, driftkop
als hij was. Het moet worden gezegd, hij had twee zeer begaafde zonen die -en dat was me wat in die tijd- allebei
de HBS bezochten. De oudste presteerde het zelfs eindexamen te doen met zowat allemaal tienen, een "Gouden
diploma" wat zelden voorkomt. In tegenstelling tot zijn vader heeft hij zijn leven lang geschitterd. De Postgiro was
binnen een paar jaar na de oprichting totaal in de soep gelopen. Hij behoorde tot diegenen die de kar weer op het
rechte spoor brachten. Het opkomende Unileverconcern ontdekte hem spoedig en op het Londense kantoor is hij
daar tot een hoge positie opgeklommen.
De andere zoon, uiterlijk vaders evenbeeld, was net zo begaafd als zijn broer. Hij is kunstschilder geworden en
woonde afwisselend in Amsterdam of Parijs, en dan weer gewoon bij moeder thuis. Al naar het lot het wilde. Van
mijn oudste zus heeft hij indertijd een schilderij gemaakt, dat wie weet waar hangt. De twee knappe dochters
werden flinke zaken- en huisvrouwen, hun moeder gelijk.
Leendert was helemaal geen domme man en het was dus extra eigenaardig dat hij toch zulke dikdoenerige
leugenachtige verhalen ophing. Daarbij was hij trots als een pauw. Vader verschoonde de oudere collega met "och
het is een dwaze nar". Veel middenstanders zaten in die vervlogen tijd krap bij kas. Leendert was echt doodge-
sjochten, terwijl hij zich naar buiten als rijk voordeed.
Behalve slager was hij veehandelaar die in de Betuwe slachtvee kocht om dat op de Rotterdamse markt te
verhandelen. Hij betaalde echter pas wanneer het was verkocht. De wekelijkse koe voor de eigen slagerij werd
Free download pdf