materiële bezittingen.
Maar als je naar buiten gaat en de knarsende garagedeur opent, dan zou je
zien dat het materiële verhaal hier heel anders is. De garage barst uit zijn voegen.
Er liggen surfplanken en wetsuits. Er zijn windsurfplanken, zeilen, gieken en
masten. Er liggen kiteboards, een powerkite, een matrasvlieger, een
kitesurftrapeze en setjes lijnen. Er is een klimharnas. Er staat een offroad-motor
met een motorhelm. Er staan ook heel veel schoenen, al zijn het niet van die
modieuze dingen die het ene jaar nog prima zijn, maar die je een seizoen later
niet meer kunt dragen. Dit is technisch schoeisel, zoals motorschoenen,
windsurflaarzen en klimschoenen.
Hoewel Ben niets ziet in het verwerven van gewone materiële bezittingen,
houdt hij enorm van spullen die hem belevingen geven – en hij zal niet aarzelen
om daar geld aan uit te geven. ‘Ik heb vorige week $ 12 aan schoenen
uitgegeven en dat zat me hartstikke dwars – ze hadden maar $ 10 hoeven te
kosten,’ vertrouwde hij me ooit toe. ‘Maar een dag later ging ik op stap en
schokte ik zó $ 1700 voor een prachtige nieuwe vlieger.’
Daarmee zijn we gestuit op een ander typisch kenmerk van de Howells en de
meeste experiëntialisten. Ze zijn niet materialistisch maar ze hebben geen
problemen met het algehele systeem waarin we leven. Daardoor vormen ze er
ook geen bedreiging voor. Ze zijn gewoon van plan om te blijven werken, te
verdienen en uit te geven. Sarah zegt het zo: ‘Je kunt al die belevingen van Ben
niet realiseren zonder al die spullen, of zonder geld om die spullen te kopen.’
Als ze de kans krijgen, zullen de Howells en de meeste andere
experientialisten doorgaan met het spelen van hun rol in het ‘krijg meer door
meer uit te geven’ van het consumentisme. Zo dragen zij hun steentje bij aan
groei. Maar ze zullen dat steeds vaker doen door hun geld te steken in
belevingen in plaats van objecten. ‘Red en ik beschouwen onszelf nog altijd als
kapitalisten,’ zegt Ben. ‘Veel dingen die we doen kosten nogal wat geld. Maar
we investeren ons geld liever in belevingen dan in nutteloze zaken, zoals een
leuke blouse of een zwarte BMW. We springen liever uit een vliegtuig, of gaan
skiën.’
Je kunt rustig stellen dat niet iedereen genoeg geld heeft om te kiezen tussen
een skireisje en een BMW, zoals de Howells – net zoals maar weinigen onder
ons rijk genoeg zijn om ook maar te overwegen dat we $ 4000 gaan uitgeven aan
een eettafel. Maar we kunnen ons wel allemaal iets voorstellen bij het kiezen
tussen een beleving en een materieel ding – nóg een paar schoenen of een