Knack - 27.08.2019

(Barré) #1

daagd en hun ontwikkeling te wei­
nig wordt bevorderd. Dat strookt
met de bevindingen van Michel
Vandenbroeck, die met zijn colle­
ga’s onderzoek deed naar de kwali­
teit van de kinderopvang in
Vlaanderen door het reilen en zei­
len in 400 opvangplaatsen te obser­
veren. ‘Over het algemeen wordt
goed voor de kinderen gezorgd’,
zegt hij. ‘Maar wat de educatieve
functie betreft, scoren we in Vlaan­
deren matig tot zwak. Op dat vlak
laten we nog veel kansen liggen.’
Waarom spelen begeleiders of
onthaalouders hun pedagogische
rol niet altijd naar behoren? Om te
beginnen doordat ze te veel baby’s
of peuters onder hun hoede heb­
ben. Gemiddeld staat elke begelei­
der voor acht kinderen in. ‘Daaraan
blijven wij vasthouden, terwijl die
norm in het buitenland almaar
verder wordt verlaagd’, zegt
Decruynaere. ‘Als organisator van
kinderopvang kun je er moeilijk
van afwijken, want de subsi­
diëring van de Vlaamse overheid
is erop afgesteld. Op zich kan ik
die redenering wel volgen: omdat


er nog altijd een capaciteitstekort
is, moet elke plaats optimaal wor­
den benut.’
‘Baby’s en peuters voelen zich
beter én leren meer in kleinere
groepen’, zegt Lutgard Vrints,
attaché bij de studiedienst van de
Gezinsbond. ‘Daarom vragen wij
dat de Vlaamse overheid inves­
teert in kleinere leefgroepen en
minder kinderen per begeleider.
Op korte termijn moeten we naar
maximaal zes kinderen per bege­
leider gaan. Op lange termijn naar
vier of – als er ook baby’s bij zijn


  • zelfs minder.’


Onbestaande job
Daarbij komt nog dat die over­
vraagde begeleiders in de meeste
gevallen laagopgeleid zijn. ‘Ze
komen vaak uit het beroepsonder­
wijs’, zegt Van der Mespel. ‘Dat wil
niet zeggen dat ze geen kwaliteits­
volle opvang kunnen bieden, maar
het is toch beter als er in zo’n team
ook hoger opgeleide mensen wer­
ken.’
Drie Vlaamse hogescholen bie­
den tegenwoordig de bachelorop­

leiding Pedagogie van het Jonge
Kind aan. Jaarlijks studeren tiental­
len mensen af in die richting, maar
de meesten gaan niet in de kinder­
opvang werken. Ook dat komt
door de financiering van de
Vlaamse overheid: opvangvoor­
zieningen die bachelors als begelei­
der inzetten en hun navenant
betalen, schieten zichzelf financieel
in de voet. Als mensen met zo’n
diploma al in de kinderopvang
terechtkomen, is dat meestal in een
leidinggevende functie.
‘Dat is niet houdbaar’, zegt Van­
denbroeck. ‘We kunnen niet men­
sen blijven opleiden voor een job
die niet bestaat. Ofwel passen we
de financiering radicaal aan, zodat
kinderopvangvoorzieningen er niet
onder lijden als ze zo’n bachelor op
de werkvloer inschakelen. Ofwel
zullen die opleidingen minder op
kinderopvang gaan focussen.’
Begeleiders hebben ook amper
tijd om zich nieuwe inzichten en
methodes eigen te maken. ‘Er is een
groot gebrek aan kindvrije uren’,
zegt Vrints. ‘Veel voorzieningen
willen wel in de pedagogische com­
petenties van hun begeleiders
investeren, maar ze kunnen hen
simpelweg niet missen op de werk­
vloer. Meer personeel aanwerven is
de enige manier om dat te verhel­
pen.’
Meestal kunnen crèches dat
niet. Omdat er geen geld voor is,
maar ook omdat ze de grootste
moeite hebben om geschikte bege­
leiders te vinden. ‘Het is niet
omdat de diplomavereisten niet
hoog zijn dat veel mensen voor de
job in aanmerking komen’, zegt
Decruynaere. ‘Bij ons in Gent
raken weinig sollicitanten door de
selectieproeven. Bovendien is het
zwaar werk, waardoor nogal wat
mensen na verloop van tijd afha­
ken.’
Wat ook niet helpt, is het
bescheiden loon dat meestal tegen­
over dat harde werk staat. ‘Het is
schrijnend hoe weinig de meeste
werknemers in de kinderopvang
verdienen’, zegt Van der Mespel.
‘Daardoor kampt de sector met een
groot personeelsverloop, wat de
kwaliteit natuurlijk ook niet ten
goede komt.’

‘Op korte termijn moeten we naar


maximaal 6 in plaats van 8 kinderen


per begeleider gaan.’


Lutgard Vrints, Gezinsbond


Kinderen
uit de rijkste
gezinnen zitten

2 X
vaker in de
kinderopvang
dan leeftijd­
genoten uit
de armste
gezinnen.
Free download pdf