stelde driekwart van de werkende Amerikanen tussen 25 en 49 jaar dat ze graag
zouden willen dat ‘ons land terugkeert naar een eenvoudiger leefstijl, met minder
nadruk op materieel succes’. En in een coverartikel van Time uit 1991, getiteld
‘The Simple Life’, was te lezen dat 69 procent van de Amerikanen zei dat ze
graag ‘rustiger aan zouden doen en ontspannener leven’. Slechts 7 procent vond
dat het ‘de moeite was om statussymbolen te proberen te kopen’.
Deze cijfers herinneren mij aan meer recente onderzoeken die ik in het begin
van dit boek heb aangehaald. Misschien herinner je je daar dit nog van: dat
‘mensen in volwassen markten genoeg hebben van overdaad’, ‘de meerderheid
gelukkig zou kunnen leven zonder de meeste spullen die ze bezit’ en dat ‘twee
derde van de mensen (haast een even groot deel als in het onderzoek uit 1991
van Time) er een punt van maakt om minimaal eens per jaar onnodige
bezittingen van de hand te doen’.
Eenvoudig leven, zoveel is duidelijk, is iets dat mensen in het verleden
aantrok en mensen ook nu nog aantrekt. Onderzoek heeft aangetoond dat het
mensen gelukkiger maakt. Kan dit het antwoord zijn op het kopje-onder gaan in
spullen?
Is eenvoudig leven hartstikke saai?
Thoreau pochte zo hard hij kon over eenvoudig leven. Het antwoord op het
leven, zo schreef hij, was ‘eenvoud, eenvoud, eenvoud!’. Hij vond dat zijn lezers
moesten ‘vereenvoudigen, vereenvoudigen’. Maar na iets meer dan twee jaar
deed hij dat niet langer. Twee jaar, twee maanden en twee dagen nadat hij het
bos in was getrokken om ingetogen, eenvoudig en dicht bij de natuur te gaan
leven, dook hij weer op, maakte hij opnieuw entree in het moderne leven. Hij
had ‘nog een aantal levens te leiden en had geen tijd meer over voor dát leven’,
schreef hij. Anders gezegd: hij had genoeg van eenvoudig leven. Zeven jaar lang
leefde hij in het comfort van het huis van een vriend. Hij werkte er zijn
aantekeningen uit en publiceerde toen zijn hymne aan het eenvoudige leven:
Walden; or Life in the Woods. Later verhuisde hij naar zijn eigen, gewone huis.
Hij runde zelfs nog een tijdje de potloodfabriek John Thoreau & Co, het
familiebedrijf opgezet door zijn vader.
Laat dat eens op je inwerken. Is het niet vreemd dat de man die de
beroemdste pleitbezorger is van vrijwillige eenvoud het al na twee jaar heeft
opgegeven? Als hij vond dat het zo geweldig was, waarom bleef hij dan niet?
Belangrijker nog: wat zegt dat over eenvoudig leven als bewuste leefstijl? Ik